Wolfgang Rihm, Helmut Lachenmann en ook de wat jongere Jörg Widmann zijn dol op een overmatige detaillering van hun partituren, vol speelaanwijzingen, expressieve contrasten, complexe ritmische en technische hoogstandjes. Bovendien is voor hen ‘klank’ (gekras, gesnerp, gefluister) evenzeer een element van een compositie als tonen, samenklanken of ritmen. Zoals in Gran Torso van Lachenmann.
Rihm is echter wel bewust veel romantisch-expressiever dan Lachmann, tastend in het verleden van het expressionisme en van zijn eigen ziel. In zijn late werken raakte daardoor Webern, maar eigenlijk ook de avantgarde van de jaren vijftig en zestig steeds meer op de achtergrond.
Widmann zit een beetje tussen beide voornoemde componisten in. In zijn Derde strijkkwartet (2003), zijn Jagtquartett, is de inzet zonder meer meesterlijk, een waar dorpsfeest voorafgaand aan de jacht. Voor hem echter zelfs met Schumann in het vizier.
Helmut Lachenmann (*1935) – Eerste Strijkkwartet ‘Gran Torso’ (1971, rev.1976-1988)
Uitvoerenden: Stadler Quartett
CD: Neos
Wolfgang Rihm (1952-2024) – Vierde strijkkwartet (1979/81)
1. Agitato, Allegro alla marcia, Allegro ma non troppo, 2. Con moto, Allegro. Andante. Allegro molto, 3. Adagio
Uitvoerenden: Minguet Quartett
CD: col legno
Jörg Widmann – Derde strijkkwartet (2003) ‘Jagtquartett’
Uitvoerenden: Leipziger Streichquartett
CD: MDG