Folk it mediterranee richt zich op de muzikale rijkdom van het Middellandse zeegebied.
In 1976 loopt de 17 jarige Sergio Berardo over de binnenplaats van een huis in de Varaita-vallei in Noordwest Italië. De jongeling kijkt gefascineerd naar de traditionele instrumenten en hoort de klanken van vervlogen tijden. De taal klinkt hem gewoon in de oren, want er wordt gezongen in het Occitaans, de taal die gesproken werd en nog steeds wordt in de heuvels en valleien van de Piëmonte. Het is de oude taal van de zuidelijke Mediterranee, ruwweg de bergstreken van de Pyreneeën vanaf de Golf van Biskaje tot aan Turijn. Het is ook de taal van de Middeleeuwse troubadours. De hoogtijdagen van die glansrijke culturele periode liggen al lang in het verleden. Maar Sergio heeft een ideaal, een passie en voert die samen uit met zijn maten Riccardo Serra en Dino Tron. Ze vormen in 1982 een formatie – Lou Dalfin– die de oude cultuur opnieuw onder de aandacht brengt, vitaliseert en verfrist. Ze pikken oude, traditionele melodieën en liederen op en bewerken die volgens het dan geldende stramien van de folkmuziek, met akoestische en ‘plaatselijke’ instrumenten als de ghironda (draailier), de organetto (trekzak), fluiten en doedelzakken, mandolines en een vreemde eend, de gitaar. Ze maken twee albums op deze wijze. Om een groter publiek aan te spreken en meer in de veranderde tijdsgeest te passen, integreren ze later hedendaagse en elektrisch verstrekte instrumenten of zo een soort Occitaanse folkrock te creëren. Nog later doen moderne stijlen en ritmen hun intreden en ontstaat een bijzonder krachtig, fel en gedreven gebrachte mix van traditie, rock, punk etc. Ze gaan eigen werk en teksten schrijven, waarbij de eigenheid, de zelfstandigheid van Occitanië naar voren komt. In eigen omgeving -zowel aan de zuid Franse als de Noord Italiaanse zijde van de grens- is de groep razend populair. De taal en wellicht ook de uitzinnige concerten maken het moeilijker om op West-Noord Europa voet aan de grond te krijgen. Toch slagen deze muzikanten er in om de Occitaanse (muziek)cultuur en historie bij vooral jongeren onder de aandacht te brengen. Wij laten u in deze aflevering mee genieten met de eerste jaren van deze Lou Dalfin.
Lou Dalfin – En Franso i ero de granda guera – Madau dischi D010
1. Balet-Courenta (trad) 2:55
Lou Dalfin – l’Aze d’Alegre –Prince 221
2. Due courente della val Vermenagna (trad) 2:11
Lou Dalfin – Gibous, bagase e bandi – Baracca e burattini/Sony 37-483678-10
3. La San Zan-Monsara-avant de sé n aller 6:03
4. Lo Pal (Lluis Llach) 3:26
Lou Dalfin – W Jan d’l’Eiretto- Ousitanio Vivo OV004
5. Jan d’l’Eiretto (trad) 1:57
6. Se chanto (trad) 3:41
Lou Dalfin & Sustraia – Radio Occitania libra – Baracca & Burattini-Sony 487849-2
7. Bandits (trad, Berardo, Simondi) 4:46
8. Seguida de rigaudons (trad, Berardo) 5:55
Lou Dalfin – Lo Viatge – Noys/Sony CDL481847
9. Dançum (Berardo) 4:59
10. La Frema lorda (trad) 2:37
Lou Dalfin – La Flor de lo dalfin – Uprfolkrock UPR 0012
11. Bel jovenet (Berardo) 5:41
Lou Dalfin – L’oste del diau – Ass. Cult. Lou Dalfin/Tarantanius LOUD 001
12. Seguida dels camisards (Berardo) 6:41
Lou Dalfin– I Virasolelhs – Musicalista-Self LOUD002
13. Plou a Marselha (Berardo) 4:06
14. Saré dura (Berardo, Martinetto) 2:40