Dwarsliggers en buitenbeentjes; de super elegante Roy Haynes —een van de meest alerte, snelst reagerende en kleurgevoeligste drummers van de moderne jazz— is natuurlijk ook van de partij, als de pianist en bandleider Chick Corea in december 2001 zijn zestigste verjaardag viert. Weliswaar is Corea dan al een half jaar lang zestig, maar 21 juni is een onhandige datum om je verjaardag te vieren, als alle grote jongens de hele zomer actief zijn in het Mondiale Jazz Festival Circuit. In de maand december, als de jazz-activiteiten op een aanmerkelijk lager pitje sudderen, is het veel makkelijker om een hoogwaardig gezelschap naar je partijtje te lokken.
Chick Corea: “Roy Haynes is a magician”
Het organiserend comité heeft voor een heel bijzonder cadeau gezorgd, in nauwe samenspraak overigens met het feestvarken: de New Yorkse jazzclub The Blue Note gaat in december 2001 drie weken lang eer bewijzen aan deze veelzijdige, rusteloze geest. In de loop van die drie weken zullen er negen verschillende groepen opdraven —van duo’s en trio’s tot een zesmans formatie —waarmee Chick Corea graag nog eens het strijdperk wil betreden.
Een klein deel van al die achttien optredens is uiteindelijk terecht gekomen op de dubbel c.d. Rendezvous in New York, die in 2003 is uitgebracht (Stretch Records).
Je kon er vergif op innemen dat het trio waarmee Chick Corea aan het begin van zijn aanvoerderscarrière zo’n diepe indruk had gemaakt, ruim drieëndertig jaar geleden, ook een plekje op dit herdenkingsalbum zou vinden: het Now He Sings, Now He Sobs Trio (NYC, maart 1968).
Over de drummer en de bassist van dit griezelig goed op elkaar ingespeelde trio heeft Chick Corea het volgende op te merken:
“ At 77 years old, ‘Body Age’ (Roy Haynes is geboren op 13 maart 1925; P.S.), this man continues to be a bubbling and driving force on the jazz scene. The history of artists and bands he’s played with is staggering; starting with Charlie Parker, through Bud Powell, Monk, Coltrane, Sarah Vaughan, Miles, Getz and every major jazz leader since. He’s a walking history book of the jazz legacy since the mid fourties.
I met Roy playing with Stan Getz in ’67. We’ve since maintained a wonderful relationship in music. Together with Miroslav Vitous we made Now He Sings, Now He Sobs (Blue Note). One of my and Roy’s most acclaimed jazz trio records. We’ve since played in trio format here and there through the years.
Roy has a totally unstudied and natural approach to playing drums. His sound and touch are immediately recognizable. Roy holds a position along with Elvin (Jones), Max (Roach) and then Tony (Williams) of the definition of modern jazz drumming.
Roy is also a vibrant entertainer; he’s well known for his quick and sharp wit. He’ll challenge anyone with anything just for the game of it.
He makes the players he plays with sound great and swing hard! He’s a magician on drums.”
Virtuoze bassist uit het Oostblok complementeert trio
Terwijl Chick Corea en Roy Haynes hun geografische herkomst met elkaar gemeen hebben —Haynes is geboren in Boston en Corea in Chelsea, een voorstad van Boston— is Miroslav Vitous geboren in Praag, op 6 december 1947. Hij is nog volop aan de studie op het Conservatorium in Praag, als hij op zijn achttiende op een prestigieus jazz-concours in Wenen een studiebeurs wint voor de Berklee School of Music, waardoor ook Vitous twee semesters de grond van Boston onder zijn voeten heeft. Al na een jaar Berklee trekt hij via Chicago naar New York. Na gewerkt te hebben met Freddie Hubbard, Art Farmer, Bob Brookmeyer & Clark Terry maakt hij samen met Chick Corea deel uit van het Donald Byrd Sextet dat in oktober 1967 The Creeper (Blue Note) vastlegt. In maart 1968 zien Corea en Vitous elkaar weer, maar nu vormen ze samen met Roy Haynes dat legendarische Now He Sings, Now He Sobs Trio.
Ik citeer nu weer uit het boekje bij de dubbel c.d. Rendezvous in New York:
“ Miroslav came through New York as a young man and made his mark as a totally formed, already developed, amazing musician and bassist. He has a commanding technique, formed initially by playing classical music in his youth. But, his application of this technique to the bass produces a unique sound and approach.
I loved Miroslav’s adventurous sense of rhythm and decided that it would be a great combination to put with Roy’s drumming. In my mind, they go together so well —Yin Yang— “Now He Sings; Now He Sobs.” And so this trio was formed in ’67.
I find him to be a wonderful rhythm section partner to play with.
He continues to be a unique voice in contemporary music.”
Drie hoog-sensitieve muzikanten vormden zelden een trio
Deze drie hoogsensitieve muzikanten met een assertieve inslag hebben tussen 1968 en 2001 slechts vier keer als trio geopereerd:
1/ om een serie cluboptredens in de V.S. af te wikkelen in het seizoen 1967/68 ; daar hebben we de dertien stukken op het album Now He Sings, Now He Sobs (Blue Note) aan te damken
2/ om ruim dertien jaar later —in november 1981— de herinneringen aan die woest creatieve periode nog weer eens op te rakelen in een studio in Los Angeles, vstgelegd op een dubbel l.p.: de meest experimentele l.p. heet Trio Improvisations, op de andere —The Music of Thelonious Monk — worden zeven composities van Thelonious Monk onder handen genomen. De overkoepelende titel van deze dubbel l.p. of c.d. (verschenen op ECM) is Trio Music
3/ om in het najaar van 1984 op tournee te gaan in Europa; van deze tournee bestaat slechts een souvenir —Trio Music Live in Europe (ECM)— met opnames in Willisau en Reutlingen
4/ om twee avonden het podium in The Blue Note te betreden om de zestigste verjaardag van Chick Corea op te luisteren (december 2001). Van deze optredens is slechts een nummer op de dubbel c.d. Rendezvous in New York (stretch Records) terecht gekomen: Matrix. Met deze compositie —Matrix— die op deze bonte dubbel c.d. als een verrassend energieke zwanenzang overkomt, is het bestaan van dit super trio ruim 33 jaar daarvoor, als een toekomst gerichte klaroenstoot, destijds ook ingeluid.
Misschien heeft ECM nog wat extra materiaal in zijn archieven opgeslagen, maar tot nader order moeten we het stellen met slechts drie albums en dat ene nummer op de dubbel c.d. Rendezvous in New York.
In deze uitzending laat ik muziek horen uit de vier periodes waarin Corea, Vitous en Haynes de liefhebbers van onvoorspelbare trio-muziek uitgeteld en naar adem snakkend de onherbergzame nacht in stuurden.
Speellijst
In memoriam Roy Haynes (13 03 1925—12 11 2024) deel 2
Chick Corea (piano), Miroslav Vitous (bas), Roy Haynes (drums)
# 1. Hittin’ It (Roy Haynes) (5:22)
# 2. Matrix (Chick Corea) (6:25)
# 3. My One and Only Love (Guy Wood & Bobby Mellin) ( 3:35)
# 4. Pannonica (Thelonious Monk) (2:58)
# 5. Rhythm-A-Ning (Monk) (5:04)
# 6. ‘Round Midnight (Monk) (5:11)
# 7. Eronel (Monk) (4:36)
# 8. Little Rootie Tootie (Monk) (4:47)
# 9. Hackensack (Monk) (6:12)
#10. Matrix (Corea) (11:52)
Vindplaatsen:
*Now He Sings, Now He Sobs; NYC, maart 1968; Blue Note c.d.: # 2, # 3, # 4
*Trio Music (c.d. 1: Trio Improvisations, c.d. 2: The Music of Thelonious Monk);
Los Angeles, november 1981; ECM dubbel c.d.: # 5, # 6, # 7, # 8, # 9
*Trio Music—Live in Europe; Willisau, Reutlingen, september 1984; ECM c.d.:
# 1
*Chick Corea—Rendezvous in New York; Blue Note, NYC, december 2001; dubbel c.d. Stretch Records: # 10