Klassieke muziek is geen typisch westers begrip. Ook in Japan is er een traditie van geleerde muziek die al honderden jaren meegaat.
Helaas is deze muziek voor veel mensen een gesloten boek. In deze uitzending krijgt u twee heel verschillende concerten te horen. Eerst hoort u een recital op de shakuhashi, de Japanse bamboefluit. Dit instrument biedt een rijke mogelijkheid aan klank- en toonbuigingen, waardoor de muziek niet aan het keurslijf van een toonladder gebonden zit. De muziek uit dit concert sluit vrij nauw aan op de volksmuziek van het land.
Een heel ander geluid horen we in het tweede concert. Hierin zes composities van evenveel Japanse componisten voor zang, koto (luit) en/of sho (blaasorgel). Deze componisten lieten zich inspireren door de westerse klassieke muziek, maar braken niet met de inheemse traditie. Het kenmerkt Japan, het land dat ondanks zijn intense modernisering steeds zonder moeite zichzelf blijft.
1. Shishi (de leeuw)
2. Reibo (hunkerend naar het luiden van de bel)
3. naamloos
4. Toshio Hosakawa – Sakura
5. Kozaburo Hirai – Narayama
6. Hikaru Sawai – Syaei
7. Toshi Ichiyanagi – Voice perspective
8. Hanano Terashima – Shin Tasagasko
9. Rita Ueda – One thousand paper cranes for Japan