Vlaamse meesters op de bok: aflevering 3: René Jacobs
Vlaamse meesters op de bok is een vierdelige reeks over Vlaamse topdirigenten, samengesteld en gepresenteerd door Leo August de Bock. In aflevering 1 kwam Sigiswald Kuijken aan bod, in de tweede aflevering Philippe Herreweghe en in deze ditie is René Jacobs aan de beurt.
René Jacobs (°1946) is bekend als barokspecialist. Als contratenor haalde hij wereldniveau en als dirigent maakte hij spraakmakende internationale operaproducties. Hij verrichtte pionierswerk door het streven naar authenticiteit op de internationale operascene te introduceren.
Hij richtte zijn eigen ensemble op, Concerto Vocale, en gaf les aan verschillende internationale scholen. In 2005 ontving hij een Grammy Award voor zijn cd-opname van Mozarts “Le nozze di Figaro”, een samenwerking met het Concerto Köln en het Collegium Vocale Gent. Als zanger, dirigent, onderzoeker en docent bekleedt René Jacobs een eminente positie op het gebied van barokke en klassieke vocale muziek. Hij werd benoemd tot docent aan de Schola Cantorum Basiliensis en gaf vanaf 1988 les aan het Centre de musique baroque de Versailles. In 1991 werd hij artistiek directeur van het Festival van Innsbruck.
Het tijdschrift Gramophone loofde zijn reeks Mozartopera’s als “one of the recorded marvels of our time”. Zijn opname van Beethovens Leonore werd door Opernwelt tot cd van het jaar 2020 verkozen. De Académie Charles Cros reikte de Prix in honorem aan hem uit voor zijn opname van Keisers Croesus en voor zijn carrière. Onder leiding van René Jacobs groeide B’Rock uit tot één van de meest gevraagde orkesten voor barokopera.
René Jacobs is een rasmuzikant voor wie stijl- en andere kennis alleen maar dienen om z’n passie te inspireren. Dat is toch wat zijn leerlingen – jongere medepioniers onder wie Dominique Visse of Gérard Lesne, maar ook huidige wereldsterren zoals Andreas Scholl of, om eens geen countertenoren te noemen, Maria-Christina Kiehr of Gerd Türk – bedoelen wanneer ze zich hun prof aan de Schola Cantorum Basiliensis niet als techneut herinneren, maar als interpreet, iemand die streng en moeilijk en zeer kritisch kon zijn, maar als geen ander plausibel kon maken dat ernst, intellect en passie één konden worden.
Dat is ook wat organist Bernard Foccroulle bedoelt, wanneer hij het zeer kenmerkende geluid van Jacobs beschrijft als lijfelijk en zinnelijk. Barokmuziek overtuigt het meest wanneer ze niet als museummateriaal, maar als levende en echt beleefde muziek wordt gebracht. Jacobs straalde dat als zanger uit.
Zijn bijdragen aan een van de beroemdste opnameprojecten uit de geschiedenis, de integrale van Bachs geestelijke cantates onder Harnoncourt en Leonhardt, zijn daarvan bijzonder sprekende en tijdloze voorbeelden, ook al is de stijl sindsdien geëvolueerd. Hoe dan ook, met onschatbare bijdragen zoals de oratoria van Telemann en Haydn, de opera’s van Monteverdi en Mozart, de ontginning van werk van mindere goden als Graun en Keiser, is Jacobs’ pad voor liefhebbers van muziek uit de barok en later een zegen gebleken.
B-Rock Orchestra
Speellijst
Antonio Caldara (1670-1736)
Maddalena al piedi di Cristo, delen 1 tot en met 9
Orchestre de la Schola Basiliensis onder leiding van René Jacobs
Maria Cristina Kiehr, sopraan, als Magdalena, Rosa Dominguez, sopraan, als Marta en voorts Terreno Bernarda Fink, alt, Andreas Scholl, contratenor, Ulrich Mesthaler, bas en Gerd Türk, tenor.
Marc-Antoine Charpentier (1643-1704)
Leçon de ténèbres du Mercredi Saint nr. 3, « Jod : Manum suam » ; Tristis est anima mea
Judith Nelson, sopraan, René Jacobs, contratenor, William Christie, orgel, Konrad Junghänel, theorbe en Wieland Kuijken, gamba
Claudio Monteverdi (1567-1643)
O quam pulchra es
René Jacobs, contratenor, Konrad HJunghänel, theorbe, Jaap ter Linden, cello
Georg Friedrich Händel (1685-1759)
Giulio Cesare in Egitto HWV 17; Va tacito e nascosto
Jennifer Larmore, mezzosopraan, Derek Lee Ragin, contratenor en het Concerto Köln onder leiding van René Jacobs
Georg Philipp Telemann (1681-1767)
Orpheus oder die wunderbare Beständigkeit der Liebe
Eerste bedrijf, scène 1
Dorothea Röschmann, sopraan, als Orasia en Maria Cristina Kiehr, sopraan, als Ismene. De Akademie für Alte Musik Berlin staat onder leiding van René Jacobs.
Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791)
Requiem, I. Introitus, II. Sequentia
RIAS Kammerchor en het Freiburger Barockorchester onder leiding van René Jacobs, met Sophie Karthäuser, sopraan, Marie-Claude Chappuis, alt, Maximilian Schmitt, tenor en Johannes Weisser bariton.
Franz Schubert (1797-1828)
Symfonie nr. 5 in B-flat major, D 485
B’Rock Orchestra onder leiding van René Jacobs