Opnieuw een groepje met connecties bij de Knitting Factory. Een keurmerk van jewelste.
We zeiden het al eerder: de New Yorkse club Knitting Factory bouwde in een paar jaar zo’n grote reputatie op dat North Sea Jazz in drie opeenvolgende jaren (1994, 1995, 1996) de programmering overlaadde met combo’s die daar hun wortels hebben. Eén stijl vertegenwoordigen deze bandjes niet – dat is nou juist het credo van de downtownmuziek, dat er uit vaste kaders gebroken moet worden. Maar een rode draad is er wel te herkennen. Velen verkennen nadrukkelijk de tussenruimtes tussen jazz en andere genres. Sommigen slaan een brug naar de hedendaagse klassieke muziek, andere flirten met pop. Voor elektrische gitarist David Tronzo is die laatste optie dagelijkse kost. Zijn instrument is thuis in de rockmuziek, dat weten we allemaal, maar hij houdt ook erg van jazz. Gaat hij jazz spelen op zijn gitaar, dan sluipen de stijlelementen van de rock er vanzelf wel in.