Koninklijke klanken uit Korea | Concertzender | Klassiek, Jazz, Wereld en meer
Search for:
spinner

Koninklijke klanken uit Korea

7 november 2004, KIT, kleine zaal, Amsterdam

Thema: Wereld
Genre: Verre Oosten
Opnametechniek: Sabrina ter Horst

Koreaanse muziek is minder bekend dan Chinese of Japanse muziek. Brengt de Yeak Academy daar verandering in?

Een van de traditionele Koreaanse muziekvormen is de nobele of hofmuziek (yeak). Yongsanhoesang is de belangrijkste compositie in de hofmuziek. Er bestaan drie versies van deze muziek, waarvan één met alleen snaarinstrumenten. Het is een suite, gebaseerd op een oud Boeddhistisch gezang, en bestaat uit 9 delen die zonder onderbreking achter elkaar worden uitgevoerd, waarbij het tempo langzaam wordt opgevoerd. Deze snarenversie van ongeveer 90 minuten zal in zijn geheel gespeeld worden, wat nog maar zelden gebeurt, zelfs in Korea. Het beluisteren van de Yongsanhoesang is een unieke, tijdloze ervaring, waarin prachtige muzikale subtiliteiten zich één voor één ontvouwen. De Yeak Academy voor oude Koreaanse muziek uit Seoul werd in de zomer van 2003 opgericht met als doel de belangrijkste oude werken uit de Koreaanse muziekgeschiedenis zo authentiek mogelijk te laten klinken. De oprichting van het ensemble is ontstaan in een muzikaal klimaat waarin de Iaatste jaren een aantal nieuwe tendensen zorgen voor een ommekeer, zowel op het gebied van de visie op muziek als op de uitvoeringspraktijk. Koreaanse muziek wordt niet langer gezien als ‘museumstuk’, maar als levendig en dynamisch, vergelijkbaar met de waardering die Europeanen toekennen aan hun muzikale erfgoed. Van de andere kant tonen de musici zeif een actieve interesse in de geschiedenis en muzikale context: ze willen oude muziek – waarvoor het publiek zich zelden interesseerde en als niet uitvoerbaar werd geacht – weer tot bloei Ia-ten komen. De Yeak Academy is geen muziekinstituut maar meer een vereniging van geleerden (relatiefjonge geleerden in de Ieeftijd van 24 tot 30 jaar) die in de voorhoede van deze veranderingen staat, ontwikkelingen die te vergelilken zijn met de opkomst van de ‘interpretatie van authentieke instrumenten’ zoals die in de jaren ’70 in Europa plaatsvond. Het instrumentarium van de Yeak Academy is gemodelleerd naar de kiassieke achtkoppige bezetting van het kamerensemble en heeft van elke instrumentenfamilie een vertegenwoordiger. De oude Koreaanse muziekinstrumenten, zoals ze vandaag de dag nog gebruikt worden, zijn het product van een intensieve culturele uitwisseling tussen Korea, China en Japan. Het is voor muziekhistorici echter bijna onmogelijk om de Chinese, Japanse of Centraalaziatische invloeden op de instrumenten qua kiank, speelwijze en uiterIijk in kaart te brengen. De Koreaanse instrumenten worden ingedeeld volgens payin, een indeling in acht klankcategorieën (klankkleuren) die 400 v.Chr. bepaald werden. Dat zijn: metaal klokken), steen (‘klokkenspel’ van steen), pampoen (mondorgel), leer (trom), zijde (citersnaren), bamboe (fluit), klei (ocarina, een muziekinstrument in de vorm van een vogel-romp) en hout (melodische slaginstrumenten). Dit systeem van klankkleur en -materiaal is onderdeel van een op de kosmologie geori~nteerd wereldbeeld, de cohesie tussen hemel en aarde, elementen, dieren, planten, kleuren en materie. Uit de familie van de blaasinstrumenten komt de Tae gum, een grote dwarsfluit van bamboe en de Tanso, een kleine bamboe (blok)fluit met een pregnant geluid waardoor het instrument zeer geschikt is voor solopartijen. Tot de blaasinstrumenten behoort ook de P’iri oftwel hobo. Er worden drie versies onderscheiden: de Hyang-p ‘fri (Koreaanse hobo), de Sep’iri (slanker en weker klinkend) en de Tan gpiri (Chinese hobo). Allen hebben een dubbel net en zijn vervaardigd uit bamboe. In de instrumentale ensembles is de p’iri het leidende melodie-instrument. De klank is luid en onderscheidt zich qua klankkleur en toonkwaliteit gemakkelijk van andere instrumenten. De kayageum, hae gum, yanggum en de komun’go vertegenwoordigen de snarenfamilie. De kayageum is een citer met twaalf snaren, die al in de 6e eeuw in Korea bekend was. De snaren open over verstelbare bruggen en worden met de rechterhand getokkeld. Met de linkerhand kan de bespeler de snaren verkorten en hiermee microtonen en andere versieringen produceren. De komun’go is een citer met zes snaren en oorspronkelijk het instrument van geleerden. Drie van de zes snaren open over zestien vaste fretten en worden gestemd d.m.v. stemschroeven. De overige drie snaren worden gestemd met behulp van verplaatsbare bruggen. De hae gum is een tweesnarige viool. Dit instrument integreert bijna al het klankmateriaal uit de pa-yin: body en hals van bamboe, houten stemschroeven, metalen strijkplaat, zijden snaren, een brug van pompoen, een leren strijkstok en een klankkast van paulowina-hout. Met zijn nasaal en doordringende klank is de haegum de koppeling tussen strijk- en blaasinstrumenten. De yanggum is het enigste instrument zonder zijden, maar met stalen snaren. Dit veertien-snarige hakkebord werd waarschijnlijk vanuit China door Christelijke missionarissen in Korea ingevoerd. Trommels zijn in de Koreaanse muziek de fundamentele instrumenten. De changgu is een zandlopervormige trommel die tweezijdig is. Het linkervel wordt met de palm van de hand geslagen, wat een zacht en laag geluid produceert. Het met een bamboestok geslagen rechtervel produceert een hard geluid. De suite Kahn Hoesang is een variatie op en uitgebreidere versie van de suite Yongsanhoesang, de belangrijkste compositie in de hofmuziek(ka]in betekent ‘alles is erin). Deel 6,7, en 12 t/m 14 zijn de toegevoegde stukken. De Kafin Hoesang is gebaseerd op een oud Boeddhistisch gezang, en bestaat uit 14 delen die zonder onderbreking achter elkaar worden uitgevoerd, waarbij het tempo langzaam wordt opgevoerd. Kafin Hoesang wordt vaak als hofmuziek bestempeld, maar is eigenlijk kunstmuziek van geleerden. Deze versie van ongeveer 80 minuten zal in zijn geheel gespeeld worden, wat nog maar zelden gebeurt in Korea. Het belu isteren van de Kajin Hoesang is een unieke, tijdloze ervaring, waarin prachtige muzika le subtiliteiten zich ~n voor ~n ontvou wen. Kajin Hoesang Sang ryeongsan Chungryeongsan Seryongsan Karak tori Sanghyon toduri Toduri Sanghyon toduri reprise Hahyeon toduri Yombul toduri Taryong Kunak Kyemyon karak toduri Yangch’ong toduri Ujo karak toduri

Kajin Hoesang
Traditionele muziek
Yeak Academy
close
Om deze functionaliteit te gebruiken moet u zijn. Heeft u nog geen account, registreer dan hier.

Maak een account aan

Wachtwoord vergeten?

Heeft u nog geen account? Registreer dan hier.

Pas het wachtwoord aan