Op 1 januari 2020 is Ack van Rooyen 90 geworden, maar zijn agenda ziet er niet bepaald uit als die van een verzadigde vedette die op zijn lauweren is gaan rusten. In de zomer van 2020 neemt hij met een clubje muzikale boezemvrienden in de Hansahaus Studio in Bonn de cd Ack van Rooyen 90 op, en daarna is hij weer drie dagen actief in de studio’s van het Muziekcentrum van de Omroep in Hilversum, om een aantal stukken vast te leggen met het Metropole Orkest.
Op Ack van Rooyen 90 (Jazzline) wordt Ack bijgestaan door de tenorsaxofonist Paul Heller, de pianist Hubert Nuss, de gitarist Peter Tiehuis, de bassist Ingmar Heller (de vier jaar oudere broer van Paul Heller) en de drummer Hans Dekker.
Deze muzikanten waren op 2 januari 2010 ook van de partij toen ze in het BIM-huis waren om daar de 80ste verjaardag van Ack te vieren, plus nog een keur aan gastsolisten.
Deze zes muzikanten zijn elkaar de afgelopen jaren in tal van samenwerkingsverbanden tegengekomen, in Nederland maar vooral in Duitsland. Ze kennen elkaar van haver tot gort, en dat levert een hele ontspannen manier van samenspelen op. Het resultaat is een intieme, lyrische sessie die het unieke geluid van Ack van Rooyen nog eens prachtig tot zijn recht laat komen.
Collega Wheeler van de partij met interessante compositie
De componist van het eerste stuk, Kenny Wheeler, is ook weer een goede bekende van Ack van Rooyen; deze in Toronto geboren trompettist, die in 1952 op zijn 22ste in Londen is neergestreken, heeft veel met Ack gespeeld in het United Jazz + Rock Ensemble, een coryfeeën-collectief dat vooral in Duitsland actief is geweest, tussen 1975 en 2002.
De albums van dit Ensemble kwamen uit op het door het Ensemble zelf gerunde label Mood Records en waren in Duitsland vaak heel succesvol. Zo werd de eerste l.p. die er van het Ensemble op de markt kwam –Live im Schützenhaus (1977)– de best verkochte plaat uit de geschiedenis van de Duitse jazz. In Nederland heeft deze band overigens nooit veel aanhangers gehad.
Net als Ack van Rooyen is Kenny Wheeler in januari 1930 geboren, ook hij heeft carrière gemaakt als trompettist en bugelspeler, en net als Ack van Rooyen wordt hij uiteindelijk een felbegeerde gast-solist. Maar anders dan Ack heeft hij zich al vroeg in zijn carrière ook op het componeren gestort. Kenny Wheeler is in 2014, op 84-jarige leeftijd, overleden.
Edu Lobo en Niels-Henning
In Brush it up, een up-tempo compositie van Paul Heller, komen alle sextet leden solistisch aan bod, met een hoofdrol voor de brushes van drummer Hans Dekker; Hans Dekker is afkomstig uit Boekelo en werd na eerst drummer geweest te zijn van The Jazz Orchestra of the Concertgebouw benoemd tot drummer van de WDR Big Band in Keulen, waar hij een collega is van Paul Heller (*1971). De vier jaar oudere broer van Paul Heller, de bassist Ingmar Heller, speelt ook bij een big band: de NDR Big Band in Hamburg. De veelzijdige gitarist Peter Tiehuis en Ack hebben ook frequent met elkaar te maken gehad, bijv. bij The Skymasters en Rhythm Combination and Brass, en het Metropole Orkest waaraan Tiehuis sinds 1996 is verbonden. Nog een draadje in dit netwerk: de broer van Ack, Jerry van Rooyen, was tussen 1985 en 1995 artistiek leider en dirigent van de WDR Big Band.
Na Brush it up draaft er weer een stuk op waarmee Ack van Rooyen heel vertrouwd is: Pra dizer Adeus (oftewel: To say Goodbye), van de Braziliaanse componist Edu Lobo. Ack heeft het vaak gespeeld als lid van de door Peter Herbolzheimer aangevoerde groep Rhythm Combination and Brass, en ook met het Metropole Orkest. Paul Heller heeft voor deze sextet-bezetting een heel vernuftig arrangement geschreven.
Ack van Rooyen heeft ook veel samengewerkt met de Deense bassist Niels-Henning Örsted Pedersen (1946—2005). NHÖP was niet alleen een stuwende ensemble-bassist maar hij hield er ook van om simpele volksliedjes op een duizelingwekkend virtuoze manier als solobassist te vertolken. Ter herinnering aan deze wonderbassist heeft Ack een liedje gekozen, dat door het trio Ack, Peter Tiehuis en Ingmar Heller aan een ijzersterke, transparante interpretatie wordt geholpen: En yndig og frydefuld sommertid (oftewel: Een heerlijke en vrolijke zomer).
Na een voortvarend bossa nova-stuk, All of a sudden my heart sings, horen we The Hague Shuffle, een door Paul Heller geschreven eerbewijs aan de stad waar Ack van Rooyen is geboren en waar hij uiteindelijk, november 2021, ook is overleden.
The things we did last summer
We besluiten de uitzending met twee versies van The things we did last summer, een liedje van Sammy Cahn (tekst) en Jule Styne uit 1946, waarmee de Capitol-zangeres Jo Stafford destijds een paar weken voorsprong had op de Columbia-zanger Frank Sinatra.
Tussen 1952 en 1954 maakten de gebroeders Van Rooyen deel uit van het orkest van Boyd Bachman waarmee zij Scandinavië bereisden. Met dit orkest legden Ack (trompet solo) en Jerry (arrangement) in 1953 hun eerste 78-toeren plaat vast, voor het Deense Metronome label. Op de andere kant van de vinyl plaat staat een arrangement van Rob Pronk: Louise, een compositie van Richard Whiting.
Op de cd Meet the bands—Onvergetelijke Nederlandse Swingbands 1943-1958, die door Doctor Jazz in 2014 is uitgegeven, kun je horen hoe trefzeker en majestueus Ack van Rooyen bijna de complete speelruimte (3:06) weet te benutten; met dank aan zijn arrangerende broer Jerry, die met Ack en Rob Pronk de trompetsectie van het orkest van Boyd Bachman vormde. (Het arrangement dat Rob Pronk van Louise heeft geschreven is helaas niet op die Doctor Jazz compilatie terecht gekomen).
Toen dit programma al was gemonteerd kwam ik tot de ontdekking dat ik ook die Dr. Jazz cd in mijn (niet helemaal op orde zijnde) cd-kast heb staan. Ik zal u dan ook zo snel mogelijk op die overdonderende versie van The things we did last summer uit 1953 trakteren.
In deze uitzending twee versies van de song van Jule Styne: eerst de versie die voorkomt op de cd Ack van Rooyen 90, daarna het arrangement dat Henk Meutgeert heeft geschreven voor het Metropole Orkest, o.l.v. de Duitse dirigent Jörg Achim Keller; te vinden op de dubbel-cd Then and Now—The artistry of Ack & Jerry van Rooyen 1975—2020 (Zennez Records).
Naar alle waarschijnlijkheid vormen de negen stukken op Ack van Rooyen 90 plus de vier stukken met het Metropole Orkest op Then and Now de zwanenzang van Ack van Rooyen…
Oh, wat had ik die versie van The things we did last summer uit 1953 graag verwerkt in deze uitzending, dan was de cirkel op een beeldschone manier rond geweest. Maar imperfecties horen nu eenmaal vooral bij het genre jazz waar het improviseren nog altijd hoog in het vaandel staat.
********************************************************************
De speellijst
*Ack van Rooyen (bugel), Paul Heller (tenorsax en arrangementen), Hubert Nuss (piano), Peter Tiehuis (gitaar), Ingmar Heller (contrabas), Hans Dekker (drums)
Canter No. 1 (5:33)
D’r Lange Jan (4:41)
Papa, can you hear me? (4:07)
Brush it up (4:44)
Pra dizer adeus (4:35)
En yndig og frydefuld sommertid (4:15) (bugel, gitaar, contrabas)
All of a sudden my heart sings (3:37)
The Hague shuffle (5:29)
The things we did last summer (7:33)
*Metropole Orkest o.l.v. Jörg Achim Keller plus Ack van Rooyen (bugel)
The things we did last summer (arrangement: Henk Meutgeert) (4:18)